In het Vlaams Regeerakkoord staat duidelijk de ambitie om tegen 2030 de hernieuwbare energieproductie fors te verhogen. Daarvoor rekent de Vlaamse Regering niet alleen op inspanningen van de burgers, maar ook van private investeringen in hernieuwbare energie. Tegenover veel van die investeringen staat een bijdrage van de overheid en bijgevolg ook een deadline waarbinnen ze gerealiseerd moeten worden. Door de coronacrisis komen die deadlines en dus ook de investeringen echter in gevaar. Om de broodnodige investeringen in de energietransitie veilig te stellen, besliste de Vlaamse Regering eerder om de termijnen aan te passen waarbinnen groene-energieprojecten met investeringssteun moeten worden uitgevoerd om in aanmerking te komen voor steun. Alle investeerders die hun installatie in 2020 of 2021 in dienst moesten nemen krijgen hiermee extra tijd zodat ze hun investering zeker verder zetten na de huidige crisis.
Voor de groenestroom en WKK projecten, waar men werkt met exploitatiesteun, moet men, indien men termijnen wenst aan te passen om van die steun te kunnen genieten, de aanpassingen met betrekking tot de materiële voorwaarden via een decreet doorvoeren. Projecten die op 20 maart reeds over een geldige startdatum beschikten, en waarvan de installatie in dienst wordt genomen in 2020 of 2021, krijgen een opschorting van 120 dagen, eventueel 3 keer met een maand te verlengen. Voor de projecten die pas vanaf 2022 opstarten, is er een ad-hoc regeling voorzien.
"Met dit nooddecreet kunnen we een termijnverlenging toekennen aan projecten die pas moeten worden opgeleverd dit jaar of volgend jaar. Voor projecten die later moeten opgeleverd worden is er een ad-hoc regeling. De projectontwikkelaar zal hier concreet moeten aantonen dat hij door de coronamaatregelen de vooropgestelde deadline niet kan halen", concludeert Andries Gryffroy.