De strijd tegen energiefraude werd als prioriteit naar voor geschoven. Onterecht verkregen premies, het manipuleren van de energie-aansluitingen of het omzeilen van heffingen kunnen we niet tolereren. De regels gelden voor iedereen. De samenleving betaalt immers de factuur van diegenen die onterecht subsidies innen of niet bijdragen voor de kost van het energienet.
In het regelgevend kader worden tal van maatregelen uitgewerkt die energiefraude in de toekomst moeten vermijden en efficiënter kunnen aanpakken.
De distributienetbeheerder (DNB) worden verantwoordelijk om energiefraude actief op te sporen en waar nodig op te treden. Jaarlijks dient men een actieplan en een jaarverslag over energiefraude op te stellen. De installateurs van hernieuwbare energie-installaties dienen maandelijks een lijst van geplaatste installaties aan de DNB’s over te maken. De DNB’s worden bevoegd om in geval van een oneerlijk gebruik de groenestroomcentrificaten, warmtekrachtkoppelingcertificaten, vergoedingen en premies op te schorten, stop te zetten of terug te vorderen.
Het Vlaams Energieagentschap (VEA) krijgt de mogelijkheid voor een administratieve handhaving waar een procedure voor de rechtbank minder aangewezen is. Ten slotte wordt het gemakkelijker gemaakt om gegevens actiever uit te wisselen tussen bevoegde instanties.
